Leerlingpagina afscheidsmusicals
  • Home
  • Welke rol heb jij?
  • Tips bij acteren
  • JINGO's filmgallerij
  • Zangtips
  • Toi'tjes maken
  • Afscheidsmusical-spelletjes
  • Weblog
  • Vragen?

Tips & tricks zingen: HOUDING

10/2/2016

0 Comments

 

Jouw lichaam is je instrument bij het zingen. Een belangrijk onderdeel hiervan zijn de stembanden. De stembanden zijn twee spieren die in het strottenhoofd in de hals liggen. Hoe langer de stembanden zijn, hoe lager de zangstem klinkt. Dat mannen langere stembanden hebben, verklaart dan ook waarom zij een lagere stem hebben. Zoals een gitaar een klankkast heeft om het geluid te versterken, zo hebben wij dat ook. Bij ons is dat het lichaam. Een juiste houding is daarom van groot belang bij het zingen. De volgende oefening helpt hierbij:

Warming-up
1. Zet beide voeten stevig tegen elkaar op de grond en probeer een klein beetje te draaien. Je ervaart nu dat je wankel staat. Zet vervolgens je voeten uit elkaar en verdeel je gewicht op beide voeten. Buig je knieën lichtjes om ervoor te zorgen dat ze niet ‘op slot’ staan.

2. Recht je rug en laat je armen losjes langs je lichaam hangen. Stamp een paar keer met beide voeten hard op de grond.

3. Draai rondjes met je heupen, heen en terug. Je armen bewegen mee.

4. Staat iedereen stevig op de grond? Schut dan eerst je handen en armen en vervolgens je benen en voeten los (maar let wel op dat je niet je evenwicht verliest!).

5. Ga in een kring zitten. Sluit je ogen en buig je hoofd voorzichtig naar voren, achteren, links en rechts. Daarna rustig een cirkel draaien met je hoofd. Probeer zoveel mogelijk achter je schouder naar rechts te kijken en vervolgens zoveel mogelijk naar links. Kijk daarna vooruit en probeer met je rechteroor je rechterschouder te raken. Probeer dit ook met de linkerkant.

6. Trek je schouders zo hoog mogelijk op en laat ze weer vallen. Draai je schouders losjes rond, eerst naar voren en dan naar achteren.

7. Beweeg je kaak rustig op en neer en zeg ondertussen: “Jaa jaa jaa”.

8. Nu ga je spelen dat je heel moe bent. Probeer te gapen met je mond wijd open en rek je zoveel mogelijk uit. Maak er een ‘gaap-geluid’ bij: “mwoaaaah”. Houd je hoofd weer rechtop. Maak van je lippen een spitse toet, alsof je iemand gaat kussen en wissel dit af met een brede grijns.

​9. Sta weer stevig met beide voeten op de grond. Het zingen kan beginnen!

0 Comments

Toi toi toi van Giel, Jamai en Nielson

10/2/2016

0 Comments

 
0 Comments

Rolbiografie

10/2/2016

0 Comments

 
Download de rolbiografie in PDF

Rolbiografie

In SELFIE de musical gaan jullie zélf het verhaal en dus ook de personages verzinnen. De rolbiografie helpt je bij het creëren van de personages. Door zoveel mogelijk vragen in te vullen, helpt het je na te denken over wie jouw personage is. Misschien is niet alle informatie uiteindelijk relevant, maar dat is niet erg. Je hebt in ieder geval een goed beeld van jouw rol. 

TIP: Gebruik je fantasie! Als je op sommige vragen het antwoord niet weet vul je ‘weet ik niet’ in.

Foto

Naam: ………………………………………………………………
Naam Personage: …………………………………………………

Wie ben ik?
Hoe oud ben ik?
Uit welk land kom ik?
Welke kleur haar heb ik? 
Wat voor soort kleding draag ik?
Draag ik een bril, snor, baard, sieraden, muts of hoed?
Hoe praat ik?
Hoe beweeg ik?
Ben ik rijk, arm of iets daartussen in?
Heb ik verkering? Of ben ik getrouwd?
Zit ik op school? Of heb ik een baan?
Wat zijn mijn hobby’s?
Waar ben ik héél goed in?
Wat zijn mijn goede karaktereigenschappen?
Wat zijn mijn slechte karaktereigenschappen?
Wat wil ik in de voorstelling bereiken?

0 Comments

Theateroefening: hoe laat is het?

10/2/2016

0 Comments

 

Je kunt de volgende vragen op verschillende manieren stellen. Bijvoorbeeld alsof je de vraag al voor de tweede keer stelt of alsof je echt nieuwsgierig bent naar het antwoord. Of met een bepaalde emotie in je stem (download hiervoor de emotiekaart).
Je mag de zinnen zelf aanvullen met extra woorden.
 
1. Wil jij een bosje bloemen van mij kopen?
2. Hoe laat is het?
3. Hoe laat gaan we eten?
4. Moet ik nu al naar huis?
5. Mag ik mijn huisdier mee naar binnen nemen?
6. Hoe lang duurt het nog?
7. Weet jij een leuke mop?
8. Waarom mag ik niet naar de kermis?
9. Zag jij ook een muis lopen?
10. Waar gaan we nu naartoe?
11. Wil je een kop thee of koffie?
12. Hoe heet je ook alweer?
13. Waarom mag zij wel een ijsje en ik niet?
14. Welk boek kan ik het beste kiezen?
15. Wie was die meneer die jij net sprak?

Foto
0 Comments

Toi'tjes maken

10/2/2016

0 Comments

 

Toi’tjes worden in het theater gebruikt om iemand succes te wensen. Een toi’tje is een klein cadeautje, zoals een gelukspoppetje, met een wens eraan “Ik wens je veel plezier met de voorstelling! Je hebt hard gerepeteerd, dus dat zal vast goedkomen!”) En pas op: het woord ‘succes’ brengt ongeluk volgens bijgelovige theatermakers.
Het is een leuk idee om toi’tjes te maken en op een toi’tjestafel neer te leggen. Of laat iedere leerling voor 1 of 2 klasgenoten een toi’tje knutselen. Iedereen kan dan voorafgaand aan de musical zijn of haar toi’tje ophalen.

Foto
0 Comments

Tips tegen zenuwen

10/2/2016

0 Comments

 

Het moment van de musical komt eraan. Spannend! Misschien ben je een beetje zenuwachtig. In dat geval helpen de volgende tips:
​
- Bedenk je allereerst dat gezonde zenuwen erbij horen. Ze zijn zelfs nodig om geconcentreert te zijn.
- De grootste acteurs en acrtices hebben er last van! Denk aan een plek waar je graag komt, zoals het strand, de tuin, het bos of het sportveld.
- Noem jouw tekst op, terwijl jij (of jouw personage) op die plek staat.
- Oefen met je vader of moeder. Zo weet je zeker dat je je tekst straks goed kent. 
​- Zet je favoriete muziek op, doe je ogen dicht en beeld jezelf in dat je staat te stralen op het podium.

Foto
0 Comments

Rekwisietentip

10/2/2016

0 Comments

 

Naar rekwisieten kun je zelf op zoek gaan. Als het echter moeilijk is om sommige rekwisieten te vinden, is het een leuk effect om deze na te maken van karton of andere knutselmaterialen.
Een rekwisiet kan ook ‘tot de verbeelding spreken’. Als er bijvoorbeeld een auto in de musical voorkomt, is het een uniek effect om alleen een stuur en een paar stoelen te gebruiken. Het publiek zal meteen begrijpen dat de personages in een auto zitten. 

Foto
0 Comments

Kostuumtip

10/2/2016

0 Comments

 

Een mooi kostuum maakt het personage nog meer af. Als de leerlingen de rolbiografie hebt ingevuld, heb je waarschijnlijk ook bedacht welke jouw personage draagt. 

Beantwoord de volgende vragen om een nóg beter beeld te krijgen van je kostuum:
- Welke kleuren draagt het personage? 
- Hou oud is het personage? 
- Uit welke tijd komt het personage? 
 - Gaat het personage graag ‘met de mode mee’ of juist niet? Is het personage rijk of juist heel arm? 
- Draagt het personage een uniform? 
- Draagt het personage een hoed, een snor, een boa, een tas of sieraden? 

Ga vervolgens op zoek naar passende kleding en eventueel accessoires bij je vader, moeder, opa, oma, tante of oom. In de verkleedkist, bij de kringloopwinkel, bij een kostuumverhuurbedrijf of bij de plaatselijke toneelvereniging.

Foto
0 Comments

Tip: scènes oefenen

10/2/2016

0 Comments

 

Scènes oefenen: 

Begin het oefenen van de scènes met de scripts bij de hand. Zo kun je de tekst leren kennen en spelen met verschillende intonaties. Bedenk welke emotie bij de tekst hoort (blij, bang, boos, verdrietig, teleurgesteld). Geef een cijfer tussen de 1 en 10. 
Bij 1 speel je de emotie heel klein en bij 10 speel je de emotie groot en overdreven. Probeer verschillende manieren van spelen uit.

Verder kun je oefenen met:
- Het heel zacht en ingetogen uitspreken van de tekst
- Hard en duidelijker spreken
- De tekst zo langzaam mogelijk uitspreken
- Gebaren met je handen bij de tekst gebruiken.

Oefen de tekst thuis en markeer je eigen tekst met een gele marker-stift.

Tip: Het is óók belangrijk dat je weet wannéér je de tekst uit moet spreken. Daarom moet je ook de tekst van de speler vóór jou kennen. Help elkaar hierbij!

Foto
0 Comments

Toneeloefeningen: goedenmiddag en een wandeling

10/2/2016

0 Comments

 

Toneeloefeningen: Deze twee toneeloefeningen (‘goedenmiddag’ en ‘een wandeling’) zorgen ervoor dat de leerlingen leren improviseren.
 
Goedemiddag: Alle leerlingen lopen door de ruimte. Als ze elkaar   tegenkomen, geven ze elkaar een hand en zeggen ‘Goedenmiddag!’
Vervolgens gaan ze hier variaties op maken. De leerkracht noemt verschillende situaties:
- De andere persoon is jouw grote idool. 
- De andere persoon heb je al 5 jaar niet meer gezien. 
- De andere persoon is naar de kapper geweest. 
- 
De andere persoon heeft een koptelefoon op en kan jou niet horen.  

Een wandeling: Alle leerlingen lopen door de ruimte. De leerkracht noemt vervolgens verschillende plaatsen waarop de kinderen gaan lopen: op de maan, in een moeras, met je tenen in de koude zee, in de woestijn en op een springkussen. Als de leerkracht in zijn handen klapt loopt elke leerling weer normaal.

Foto
0 Comments
<<Previous
Forward>>

    Auteur

    Schrijf iets over uzelf. Maak u geen zorgen over toeters en bellen, een overzichtje volstaat.

    Archieven

    October 2016

    Categorieën

    All
    Decors
    Duurzaamheid
    Filmpjes
    Kostuums
    Rekwisieten
    Rollen
    Tips & Tricks
    Toneeloefeningen
    Wist Je Dat?
    Zangoefeningen

Powered by Create your own unique website with customizable templates.
  • Home
  • Welke rol heb jij?
  • Tips bij acteren
  • JINGO's filmgallerij
  • Zangtips
  • Toi'tjes maken
  • Afscheidsmusical-spelletjes
  • Weblog
  • Vragen?